top of page
ZUIGELINGEN

Zuigelingen ontwikkelen zich van hulpbehoevende baby tot ondernemende peuter. Door beweging ontdekken baby’s zichzelf en de wereld om zich heen. Omdat ze steeds meer motorische vaardigheden ontwikkelen en hierdoor mijlpalen bereiken wordt deze wereld steeds een stukje groter. 

Iedere baby ontwikkeld op zijn eigen tempo, maar soms kan er sprake zijn van een afwijkende of vertraagde ontwikkeling. Dit kan komen door bijvoorbeeld een vertraagde rijping van de zintuigen, het zenuwstelsel, de organen of het houdings- en bewegingsapparaat. Het op tijd signaleren en behandelen van ontwikkelingsstoornissen is van belang om de verstoring van de ontwikkeling zo gering mogelijk te houden.

Behandeling van zuigelingen zijn gericht op 

  • Het stimuleren van een normale motorische en zintuigelijke ontwikkeling.

  • Het adviseren van ouders met betrekking tot positionering, hantering, stimulering, aanpassingen en spel om het kindje uit te lokken tot vaardigheden.
     

Mogelijke behandelindicaties zijn:

  • Onrust / overstrekken

  • Angst voor bewegen

  • Dysmaturiteit (Te laag geboorte gewicht)

  • Chronische aandoeningen van de luchtwegen (CF)

  • Aangeboren orthopedische afwijkingen

  • Afwijkend looppatroon

  • Neurologische aandoeningen en syndromen

  • Voorkeurshand naar één kant

  • Afplatting/scheefstand van het hoofdje

  • Eenzijdig bewegen

  • Motorische ontwikkelingsachterstand

  • Excessief huilen (huilbaby)

  • Afwijkend en bijzonder voortbewegen

  • Erbse parese (ten gevolgen van de bevalling)

  • Prematuriteit (te vroeg geboren) 

Wanneer u twijfelt over de ontwikkeling van uw kindje of u herkent een van de bovenstaande dingen, neem dan gerust contact op. Soms is een klein zetje al voldoende om vervolgens weer een grote stap te kunnen maken.

Voorkeurshouding

naar één kant

Wanneer een baby te weinig met het hoofdje draait en te vaak in dezelfde houding ligt naar een kant toe, spreken we van een voorkeurshouding. Wanneer een voorkeurshouding in stand blijft en ondanks alle adviezen van het consultatiebureau te weinig resultaat geeft, is een kinderfysiotherapeutische behandeling zinvol. De kinderfysiotherapeut door middel van diagnostiek bekijken wat de oorzaak van de voorkeurshouding is en zal daar de behandeling op richten.

Afplatting/ scheefstand van het hoofdje 

De schedelnaden van een baby hoofd zijn nog niet (volledig) gesloten, dit zorgt ervoor dat hoofd nog kwetsbaar is en het in stand houden van een voorkeurshouding kan er voor zorgen dat er een afplatting van de schedel ontstaat (plagiocefalie). Merkt u een afplatting of vreemde vorm aan het hoofdje van uw kind, maakt u zich zorgen over het hoofdje of krijgt u signalen vanuit het consultatiebureau / kinder- jeugdarts dan kan de kinderfysiotherapeut helpen. In de praktijk hebben we de mogelijkheid om de ontwikkeling van het hoofdje en de mate van afplatting in kaart te brengen door middel van Plagiocephalometrie. Behandeling bestaat meestal uit een meting van het hoofdje en houdings- en hanteringsadviezen in combinatie met oefeningen die de ouders met het kindje thuis kunnen doen.

Excessief huilen (huilbaby) 

Wanneer een baby meer dan 3 uur per dag, 3 of meer dagen per week en gedurende minstens 3 weken aaneengesloten huilt zonder aanwijsbare reden, spreken we van een huilbaby. Een huilbaby is vaak moeilijk te troosten als ze overstuur zijn, bijzonder actief, soms schrikachtig, snel afgeleid, hebben stemmingswisselingen en kan veel moeite hebben met veranderingen. Als ouders van een huilbaby vergt het veel tijd en energie. Uit onderzoek blijkt dat adviezen met betrekking tot houding en positionering, rust-ritme en regelmaat, soms in combinatie met inbakenen en/of babymassage, een positieve invloed hebben. Tips en adviezen aan ouders moeten ervoor zorgen dat het huilen vermindert en de baby (weer) rustig en ontspannen wordt.

Motorische

Ontwikkelings-achterstand

Een baby leert door bewegen, in de ontwikkeling zorgt het behalven van mijlpalen er voor dat de wereld steeds een stukje groter wordt. Het niet behalen van mijlpalen zoals rollen, kruipen, zitten, staan of loslopen houdt de baby tegen in de verdere ontwikkeling. Hierdoor kan er een achterstand optreden. Er zit een grote diversiteit tussen baby’s als het gaat om het behalen van mijlpalen. Twijfelt u, dan kan de kinderfysiotherapeut er naar kijken en u meer informatie geven over wanneer het normaal is en wanneer afwijkend.

Eenzijdig bewegen

Beweegt uw kindje met de linker kant meer als met de rechterkant of andersom. Door middel van observatie en onderzoek kan er inzicht komen in het waarom en  kunnen er tijdig de juiste handvaten gegeven voor een symmetrische ontwikkeling. 

Afwijkend en bijzonder voortbewegen

Kinderen verplaatsen zich op verschillende manieren. Meestal begint een kindje met rollen, gaat dan tijgeren en vervolgens zitten om dan te gaan kruipen en als laatst te gaan stappen.  Sommige kinderen verplaatsen zich op een alternatieve manier: Billenschuiven is zo`n manier. Meestal is dit een variatie binnen de normale ontwikkeling en niets om u zorgen over te maken. 

Erbse Parese

(ten gevolgen van de bevalling)

We spreken van een eprse parese oftewel een Obstetrisch Plexus Brachialis Letsel (OPBL) als bij de geboorte een beschadiging is ontstaan van zenuwen die vanuit de nek naar de arm lopen. Een OPBL kan ontstaan wanneer bij de bevalling de schouder van de baby achter het schaambeen van de moeder blijft haken. Bij een stuitbevalling is dat het hoofd. 

Prematuriteit

(te vroeg geboren)

Wanneer een baby voor 37 weken van de á terme datum geboren wordt spreekt met van een prematuur. Doordat de ontwikkeling

PEUTERS EN KLEUTERS

Bewegen staat nu in het teken van ontdekken, nadoen en herhalen. Letterlijk leren met vallen en opstaan.

Van ongecontroleerde bewegingen tot precisiewerk, alles evalueert heel snel en er worden grote sprongen gemaakt op gebied van motoriek. Alles willen ze ontdekken en de wereld wordt gezien als één grote speeltuin. Niet bij ieder kind gaat het even makkelijk en merk je dat het bewegen soms extra moeite kost. In sommige gevallen zijn niet alle voorwaarden aanwezig voor het leren van een nieuwe vaardigheid. In dit geval kan de kinderfysiotherapeut daarbij een helpende hand zijn om juist wel aan die voorwaarden te voldoen en zo toch die vaardigheid te kunnen aanleren.

 

  • Grof motorische ontwikkelingsachterstand

  • Fijn motorische ontwikkelingsachterstand

  • Lateralisatieproblematiek

  • Dyspraxie (Onhandigheid)

  • Houterig bewegingspatroon

  • Afwijkend looppatroon

  • Pijn bij bewegen

  • Hyper- hypotonie (te hoge of te lage spierspanning)

  • Verkeerde houding

  • Chronische aandoeningen van de luchtwegen

  • Orthopedische aandoeningen

  • Neurologische aandoeningen en syndromen

  • NAH (niet aangeboven hersenafwijking)

  • Jeugdreuma

  • Incontinentieproblematiek

  • Zindelijkheidsproblematiek

Afwijkende stand voeten/ benen/ wervelkolom

Kinderfysiotherapie bij orthopedische aandoeningen houdt zich bezig met onderzoek naar en behandeling van aandoeningen aan spier-, pees- en/of botstructuren vanaf de geboorte tot in de adolescentie. Sommige problemen zijn vanaf de geboorte zichtbaar. Andere worden pas later in de motorische ontwikkeling opgemerkt.

Angst bij bewegen

Sommige kinderen kunnen voorzichtig en terughoudend zijn met bewegen en moelijk uit te lokken. Ze gaan hierdoor bepaalde activiteiten ontwijken, bijvoorbeeld kinderen die niet graag klimmen en klauteren of heel voorzichtig zijn en daarin houterig gaan bewegen. 

Hypermobiliteit

Kenmerken van hypermobiliteit zijn valt veel, struikeld vaak, heeft een afwijkende stand van voeten en/of benen (afwijkend looppatroon) en vaak komt ook vermoeidheid hierbij kijken. 

Status na fracturen

(Botbreuk)

Bij fracturen bij kinderen wordt altijd gestreefd naar volledig herstel in functie. Er is een reden om Kinderfysiotherapie op te starten op het moment dat er een afwijkend beloop is, zoals aanhoudende pijn, bewegingsbeperking, verlies van spierkracht of bij langdurige / ernstige beperkingen in activiteiten en/of participatie (bv. meedoen met gym) met risico op blijvende beperkingen. Soms kan er bewegingsangst ontstaan, wanneer de angst beperkend is in het herstel van functie en deelname aan dagelijkse activiteiten en/of de ontwikkeling van het kind in de weg staat kan kinderfysiotherapie een uitkomst bieden. 

SCHOOLGAANDE KINDEREN

Hoe ouder kinderen worden hoe meer ze zich bewust worden van het eigen functioneren. Op deze leeftijd zijn kinderen zich vaak bewust van het feit dat ze anders bewegen dan leeftijdsgenootjes of moeite hebben met bepaalde motorische vaardigheden. Bewegingsproblemen kunnen veel invloed hebben op het welbevinden en het functioneren van het kind in een groep. De kinderfysiotherapeut kan ondersteuning bieden in de mogelijkheden van het lichaam en de motoriek van het kind.

De behandeling van schoolgaande kinderen is gericht op:

  • Het oefeningen van motorische vaardigheden, waardoor ze meer zelfvertrouwen krijgen. Zodat het kind beter functioneert in zijn fysieke en sociale omgeving. 

  • Ook kunnen er tips worden gegeven en sport-, spel- en oefenadviezen.

  • Fijn motorische achterstand

  • Onhandig bewegen, DCD

  • Moeite met fietsen

  • Hypermobiliteit

  • Hoofdpijn en/of nekklachten

  • Pijn bij bewegen

  • Sport gerelateerde klachten (Sportblessures)

  • Ademhalingsproblemen

  • Zindelijkheidsproblemen

  • Overgewicht / Obesitas

  • Onvoldoende Conditie, Coördinatie en kracht

  • Neurologische problematiek

  • MOK (Medisch onverklaarbare klachten)

  • Incontinentieproblematiek

Grof motorische achterstand

Tussen het 4e en 7e levensjaar leert het kind nieuze vaardigheden als op één been staan, hinkelen, fietsen, zwemmen. Wanneer iets niet goed gaat kan de kinderfysiothepeut ondersteuning in het aanwerven van de vaarigheid bieden. 

Schrijfproblemen

Het handschrift is nauwelijks leesbaar (dysgrafie) of slordig, onrijpe pengreep, schrijfkramp

Voorkeurshand​

Er is nog geen voorkeurshand ontwikkeld (links- of rechtshandigheid), het kind is net zo handig met links als met rechts (2 handig / ambidexter)

Status na fracturen (botbreuk)

Bij fracturen bij kinderen wordt altijd gestreefd naar volledig herstel in functie. Er is een reden om Kinderfysiotherapie op te starten op het moment dat er een afwijkend beloop is, zoals aanhoudende pijn, bewegingsbeperking, verlies van spierkracht of bij langdurige / ernstige beperkingen in activiteiten en/of participatie (bv. meedoen met gym) met risico op blijvende beperkingen. Soms kan er bewegingsangst ontstaan, wanneer de angst beperkend is in het herstel van functie en deelname aan dagelijkse activiteiten en/of de ontwikkeling van het kind in de weg staat kan kinderfysiotherapie een uitkomst bieden. 

JONGEREN

Rond de periode van de groeispurt en de puberteit verandert er veel, zowel op innerlijk als uiterlijk gebied. Houdingsproblemen is een veel voorkomende klacht. Daarnaast kunnen klachten ontstaan zoals hoofd-, nek- en rugpijn, maar ook knie- en enkelklachten. Tevens is het mogelijk dat, door een ziekte of aandoening, de lichamelijke fitheid niet meer optimaal is.

  • Hypermobiliteit

  • Orthopedische klachten

  • Hoofdpijn

  • Nek- en Rugklachten

  • Pijn bij bewegen

  • Fysieke fitheid

  • Spanningsklachten

  • Lichamelijke klachten 

  • Status na Fracturen (Botbreuk)

  • Schrijfproblemen

  • Aangeboren afwijkingen

  • Slechte lichaamshouding

  • Ademhalingsproblemen

  • Incontinentieproblematiek

  • Sport gerelateerde klachten

Sport gerelateerde klachten

Sportblessures, gebrek aan conditie, kracht, coordinatie of motorische vaardigheden. Niet mee kunnen met de gymles

Ademhalingsproblemen

(Inspannings) Astma, Hyperventilatie

Aangeboren afwijkingen

Spierziekte NMA, Neurologisch, Ortopedisch

Slechte lichaamshouding​

In de groei is de houding erg belangrijk, vooral in de pubertijd met het gebruik van de telefoons, (spel)computers, ipads in het leven is een goede houding van groot belang. Tegenwoordig zijn er nieuwe fenomeens als de Tablet-nek of de smartphone-nek. 

bottom of page